Güçlü Advocaten Nederlandse Vereniging Jonge Strafrecht Advocaten Jeugdrecht Advocaten Amsterdam Vereniging Nederlandse Jeugdrecht Advocaten Folder VNJA downloaden (pdf, 1Mb) Certificaat Opleiding Specialisatie Jeugdrecht Mr. W.P.A. Vos
Gepubliceerde uitspraken (zie voor complete uitspraken rechtbank.nl):
Datum uitspraak |
28-08-2015 |
Datum publicatie |
- 03-09-2015
|
Rechtsgebied |
Personen- en familierecht
|
Soort procedure |
Eerste aanleg - enkelvoudig
|
Inhoudsindicatie
|
Partijen zijn gehuwd. Het procedure tot echtscheiding is nog aanhangig bij deze rechtbank. Kinderrechter geeft toestemming aan moeder om met haar twee kinderen te verhuizen en de kinderen in te schrijven op een basisschool in de nieuwe woonplaats.
|
Datum uitspraak |
06-02-2014 |
Datum publicatie |
- 17-06-2014
|
Rechtsgebied |
Strafrecht
|
Soort procedure |
Eerste aanleg -meervoudig
|
Inhoudsindicatie
|
Vrijspraak poging dooslag/zware mishandeling. Wel sterke aanwijzingen in dossier dat verdachte erbij betrokken is. Sterke aanwijzingen voldoende voor ernstige bezwaren, echter in onderlinge samenhang bezien onvoldoende voor W+O bewijs. Vorderingen BP niet ontvankelijk.
|
Datum uitspraak |
08-04-2014 |
Datum publicatie |
- 22-05-2014
|
Rechtsgebied |
Strafrecht
|
Soort procedure |
Rekestprocedure
|
Inhoudsindicatie
|
Een bezwaarschrift van een minderjarige tegen DNA-afname. De rechtbank heeft in haar belangenafweging geoordeeld dat er minder gewicht toegekend dient te worden aan de ernst van het feit, Ook heeft meegewogen dat veroordeelde niet eerder met justitie in aanraking was geweest en ook niet na het onderhavige incident.
|
Datum uitspraak |
24-07-2013 |
Datum publicatie |
02-08-2013 |
Rechtsgebied |
Strafrecht
|
Soort procedure |
Proces-verbaal
|
Inhoudsindicatie
|
Voldoende ernstige bezwaren voor deelname aan openlijk geweld door verdachte. Of verdachte het slachtoffer tegen zijn hoofd heeft getrapt staat niet vast. Het uiteindelijke oordeel is aan de zittingsrechter. De kinderrechter rechter-commissaris zal op dit oordeel geen voorschot nemen door de verdachte in voorlopige hechtenis te houden nu er in ieder geval in dit stadium van het onderzoek gerede twijfel is of verdachte de veroorzaker is van de gebroken kaak van het slachtoffer. De kinderrechter rechter-commissaris in de onderhavige zaak gaat niet zonder meer uit van het adagium samen uit, samen thuis. Het is uiteindelijk aan de zittingsrechter(s) om een finaal oordeel te geven, waarbij er uiteraard ook ruimte is om jeugddetentie op te leggen indien de rol van verdachte daar aanleiding toe geeft. Naast genoemde overwegingen geldt bovendien dat er geen gronden zijn voor de voorlopige hechtenis. Verdachte is first offender en uit de LIJ-rapportage volgt dat het recidive risico op nihil wordt ingeschat. |
Datum uitspraak |
05-11-2013 |
Datum publicatie |
03-12-2013 |
Rechtsgebied |
Personen- en familierecht
|
Soort procedure |
Hoger beroep
|
Inhoudsindicatie
|
Ontslag bewindvoerder en benoeming opvolgend bewindvoerder op grond van uitdrukkelijke voorkeur rechthebbende. |
Datum uitspraak |
21-02-2013 |
Datum publicatie |
31-07-2013 |
Rechtsgebied |
Strafrecht |
Soort procedure |
Eerste aanleg - enkelvoudig Op tegenspraak
|
Inhoudsindicatie
|
Hawala-bankieren
De rechtbank gaat ervan uit dat de [verdachte], die wisselend heeft verklaard over het aantal malen dat hij in de tenlastegelegde periode geld van [medeverdachte 1] had ontvangen, niet geheel betrouwbaar heeft verklaard over die aantallen. Het is op grond van de hierna te noemen telefonische contacten eerder aannemelijk dat die geldoverdrachten tussen beiden in grotere frequentie hebben plaatsgevonden. Omdat aannemelijk is dat [verdachte] zijn eigen rol heeft willen relativeren, beschouwt de rechtbank zijn verklaring niettemin in verband met de andere bewijsmiddelen als belangrijke steun voor de hierna te noemen bewezenverklaring.
In het dossier bevinden zich voorts ten aanzien van de ten laste gelegde periode vele afgeluisterde telefoongesprekken en sms-verkeer (hierna: tapgesprekken) tussen [medeverdachte 1] en [verdachte] onderling en tapgesprekken tussen verdachten met derden. Sommigen van deze derden communiceren met Britse telefoonaansluitingen. De gesprekken en berichten hebben een versluierd, voor buitenstaanders dikwijls cryptisch karakter waarin herhaalde patronen optreden en getallen een prominente rol spelen. In deze tapgesprekken wordt (onder meer) gesproken over het geven van “samaan”; het hebben van “kaarten” en het doorgeven van nummers. Ook wordt er kennelijk gesproken en bericht over zogenoemde ‘tokens’ die kennelijk fungeren als legitimatie voor de afleveraars van de geldbedragen en behoren tot de typologie van illegaal (Hawala)bankieren. Het gaat hier om combinaties van getallen en letters die in kenmerken overeenkomen met biljetnummers van Engelse ponden (contacten op 11, 13, 16 (2x), 17, 18, 21, 24, 25, 30 juli en 1 augustus 2012).
De bewezen feiten leveren op:
Medeplegen van een gewoonte maken van witwassen
Medeplegen aan overtreding van een voorschrift, gesteld bij artikel 2:3a van de Wet op het Financieel Toezicht, opzettelijk begaan, meermalen gepleegd.
De feiten zijn strafbaar.
veroordeelt de verdachte tot een gevangenisstraf voor de duur van 24 (vierentwintig) maanden ;
beveelt dat de tijd die door de veroordeelde voor de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in verzekering en in voorlopige hechtenis is doorgebracht, bij de uitvoering van de opgelegde gevangenisstraf in mindering wordt gebracht, voor zover deze tijd niet reeds op een andere vrijheidsstraf in mindering is gebracht
|
Datum uitspraak |
31-01-2013 |
Datum publicatie |
25-07-2013 |
Rechtsgebied |
Strafrecht |
Soort procedure |
Hoger beroep
|
Inhoudsindicatie
|
Onvoldoende bewijs dat scooter van de verdachte betrokken was bij auto-inbraak omdat verbalisanten bij die scooter uitkwamen op grond van de aanname dat een getuige het kenteken verkeerd had gezien en/of doorgegeven. Voorts ook onvoldoende bewijs van betrokkenheid verdachte bij auto-inbraak, ook al zou de aanname van de verbalisanten over het kenteken juist zijn, nu de verdachte die dag niet – en anderen wel – als bestuurder of passagier van de scooter is gezien of aangetroffen. |
Datum uitspraak |
26-11-2012 |
Datum publicatie |
22-02-2013 |
Rechtsgebied |
Personen-en familierecht |
Soort procedure |
Eerste aanleg - enkelvoudig |
Inhoudsindicatie
|
Beschikking kinderrechter: Handhaven voorlopige ondertoezichtstelling, afwijzen eerder verleende spoed uithuisplaatsing pasgeboren baby. Hangende het onderzoek door de Raad naar de noodzaak van een ondertoezichtstelling van de pasgeboren baby, is de kinderrechter van oordeel dat de pasgeboren baby alvast thuisgeplaatst kan worden. Blijkens het verhandelde ter terechtzitting, zijn de ouders met hulp (van de wijkverpleging, Spoedhulp, de WSS, Cordaan en het omvangrijke familienetwerk) in staat de pasgeboren baby op verantwoorde wijze thuis op te voeden en te verzorgen. Thuisplaatsing van de kwetsbare baby vereist wel dat de ouders goed (blijven) samenwerken met de hulpverlening, zodat de thuissituatie goed in kaart gebracht en gevolgd kan worden. Het is voor de hechting van de pasgeboren baby van groot belang dat zij zo spoedig mogelijk thuisgeplaatst wordt. Het verzoek om aansluitend aan de spoedmachtiging een machtiging tot uithuisplaatsing te verlenen zal worden afgewezen" |
Datum uitspraak |
29-04-2011 |
Datum publicatie |
17-06-2011 |
Rechtsgebied |
Straf |
Soort procedure |
Hoger beroep |
Inhoudsindicatie
|
Vrijspraak Het hof is op grond van de processtukken en het onderzoek ter terechtzitting niet tot de overtuiging kunnen komen dat het opzet van de verdachte erop was gericht om zijn toenmalige echtgenote letsel en/of pijn toe te brengen, ook niet in voorwaardelijke zin. Dit maakt dat de verdachte van het tenlastegelegde dient te worden vrijgesproken. |
Datum uitspraak |
28-03-2011 |
Datum publicatie |
06-09-2011 |
Rechtsgebied |
Bestuursrecht overig |
Soort procedure |
Voorlopige voorziening+bodemzaak |
Inhoudsindicatie
|
Wet tijdelijk huisverbod. Voorzieningenrechter doet onmiddellijk uitspraak in de hoofdzaak. Beroep gegrond verklaart. Geen sprake van ernstig en onmiddellijk gevaar voor de veiligheid van echtgenote en kinderen. |
Datum uitspraak |
16-02-2010 |
Datum publicatie |
10-03-2010 |
Rechtsgebied |
Personen-en familierecht |
Soort procedure |
Hoger beroep |
Inhoudsindicatie |
Is de rechter bevoegd af te wijken van door het bureau jeugdzorg geïndiceerde en verzochte vorm van uithuisplaating? Art. 1:261 lid 1 BW, art. 3 IVRK, art. 6 en 8 EVRM. |
Datum uitspraak |
22-08-2009 |
Datum publicatie |
18-09-2009 |
Rechtsgebied |
Straf |
Soort procedure |
Hoger beroep |
Inhoudsindicatie |
De voorzitter maakt er melding van dat het hof ambtshalve heeft onderzocht of rechtstreekse toezending van de oproeping aan het door de verdachte opgegeven adres in Brazilië een alternatief zou kunnen vormen voor de uitreiking via diplomatieke kanalen. Artikel 588, tweede lid, van het Wetboek van Strafvordering lijkt deze mogelijkheid open te laten, nu het bepaalt dat de uitreiking aan de geadresseerde van wie de woon- of verblijfplaats in het buitenland bekend is, geschiedt door toezending van de mededeling door het openbaar ministerie, hetzij rechtstreeks, hetzij door tussenkomst van de bevoegde buitenlandse autoriteit of instantie en, voor zover een verdrag van toepassing is, met inachtneming van dat verdrag. Het hof gaat er gelet op de heersende leer in de literatuur echter vanuit dat het volkenrecht, en meer in het bijzonder het soevereiniteitsbeginsel, zich verzet tegen rechtstreekse toezending van de oproeping voor een terechtzitting aan een persoon op het grondgebied van een andere Staat, tenzij uit een verdrag of anderszins blijkt dat de buitenlandse autoriteiten daarmee hebben ingestemd. Artikel 588, tweede lid, van het Wetboek van Strafvordering doet daaraan niet af. Nu het hof niet is gebleken dat de Braziliaanse autoriteiten instemmen met een rechtstreekse toezending van de oproeping aan de verdachte, staat deze mogelijkheid in het onderhavige geval niet open. |
Datum uitspraak |
25-05-2010 |
Datum publicatie |
15-06-2010 |
Rechtsgebied |
Personen-en familierecht |
Soort procedure |
Hoger beroep |
Inhoudsindicatie |
Vervangende toestemming persoonlijkheidsonderzoek |
Datum uitspraak |
25-11-2009 |
Datum publicatie |
26-02-2010 |
Rechtsgebied |
Personen-en familierecht |
Soort procedure |
Eerste aanleg - enkelvoudig |
Inhoudsindicatie |
Netwerkpleeggezin. De (on)bevoegdheid van de kinderrechter om een machtiging tot plaatsing in een voorziening voor pleegzorg te beperken tot een bepaald gezin. |
Publicaties mr. Vos:
- “Rechtshulp”, een maandblad voor de sociale praktijk, een artikel genaamd “Van kinderbeschermingsmaatregel tot straf” (2004);
|